Aangeboden wordt een schitterend verzilverd bestek van het Belgische zilverhuis Wiskemann, uit Brussel. Het bestek is in de Art Deco periode vervaardigd en komt in haar originele, speciaal op maat gemaakte eikenhouten cassettekast in Louis XV-stijl. Dit meubel heeft vier gebogen uitschuifbare laden, versierd met schelpmotieven en bloemen. In de laden bevinden zich tevens inlegplateaus voor de bestekdelen. Het geheel bestaat uit maar liefst 168 zwaar verzilverde delen, geschikt voor 12 tafelgasten. De bestekdelen met een Art Deco motief, met golvende contouren en een ornamentje aan de onderzijde van de stelen, en een gestyleerd palmblad aan de achterzijden. Bestaande uit: Lade 1: - 12 dinerlepels - 12 dinermessen - 12 dinervorken - Vleesvork - 3 Opdienlepels - Quiche schep Lade 2: - 12 voorgerecht/ontbijtlepels - 12 voorgerecht/ontbijtmessen - 12 voorgerecht/ontbijtvorken - 12 ijslepels - 12 gebakvorken - 12 theelepels - 9 koffielepels - Natfruitlepel - Suikertang Lade 3: - 12 vismessen - 12 visvorken - 12 oestervorken - Visdienvork - Visdienschep - Saladebestek (vork + lepel) Lade 4: - Grote soeplepel - Sauslepel met schenktuit - Sauslepel - Pomme-duchesse schep In totaal 168 delen. Het bestek verkeert in zeer goede staat voor haar leeftijd. Hier en daar lichte krasjes door gebruik. Een []-tal vorken heeft een afgesleten tandje. Er is geen zilververlies aanwezig. De cassette is zowel van binnen als buiten in uitstekende staat. Op het blad hiervan mist een stukje van het eikenfineer. Bekijkt u de foto's voor een indruk. Alle delen gemerkt onder de tanden van de vorken met [OW][+][100/72/24 etc]. Voor Orfevrerie Wiskeman. Het laatste cijfer duidt op de gebruikte hoeveelheid (gram )zilver voor 24 betreffende delen. België, 1924-1950. Afhaling gratis, voor verzending regelen wij een pallettransport met professionele verpakking. In 1872 begon Otto Leonard Wiskemann, als telg uit een Duitse famillie met een lange geschiedenis in de zilversmeedkunst, een atelier in de Rue des Longs Chariots van Brussel. In de jaren daarvoor had hij als leerling gewerkt in Parijs, en er de nodige kneepjes van het vak opgedaan. Hij was er ook getuige geweest van de introductie van het elektrolytisch verzilveren, door Charles Christofle vanuit Engeland geintroduceerd op het Europese vasteland. Door deze ervaring en kennis wist Otto in de jaren 1870 een bedrijf op te starten dat later zou uitgroeien tot de bekendste zilversmid van België en een boegbeeld van kwaliteit. De hoogtijdjaren lagen tussen de twee Wereldoorlogen. Het bedrijf ging uiteindelijk in de jaren 1970 ten onder; een eeuw geschiedenis van Belgische zilvermeedkunst kwam ten einde. #tableau23